Karel Loppens (1875-1962) was een wetenschapper die het verleden van onze kuststreek blootlegde, met een speciale liefde voor Koksijde en de Duinenabdij.
De expo in het Abdijmuseum Ten Duinen brengt deze veelzijdige autodidact in herinnering. Freddy Beun, voormalig gemeentesecretaris en schepen van Gemeente Koksijde, schreef 13 jaar geleden een boek over Loppens en werkte mee aan de expo Hommage aan een pionier. Een gesprek.
Freddy Beun: “Ik heb hem nooit persoonlijk ontmoet, maar was altijd al bezig met lokale geschiedenis. Dus ik had wel van hem gehoord. Hoe dit verhaal in een stroomversnelling raakte? Als gemeentesecretaris (van 1967 t.e.m. 2005, daarna was Freddy nog 1 jaar schepen, red.) kwam ik in contact met de erfgename van Karel Loppens (Julienne Janssens-Viaene) die zijn nalatenschap beheerde. Zo kwam er veel terecht in het Rijksarchief of de Duinenabdij. Bij haar thuis lag een schat: tekeningen, notities, foto's, etc. Ik mocht alles hebben. De voorwaarde? Ik moest een boek schrijven over Karel Loppens. Het duurde niet lang om me te overtuigen."
Freddy: “Karel Loppens was zijn tijd ver vooruit. Een pionier. Hij was in veel geïnteresseerd en wilde alles grondig onderzoeken. En vooral: hij hield alles nauwgezet bij. Loppens beschikte over massa's fotomateriaal en notities. Net omdat hij zelf zo precies werkte, beheerde ik de nalatenschap als een goede huisvader. Want ook dat was zijn doel. Loppens wilde tonen hoe de kuststreek in elkaar zit en legde ons verleden bloot. Zijn grootste kwaliteit? Zijn veelzijdigheid. Wij kennen hem hier door zijn lokale opzoekingen, maar in de 1e fase van zijn loopbaan hield hij zich bezig met hydrobiologie (wetenschap die het leven in water bestudeert, red.). Een nicheonderwerp, maar in die wereld groeide hij uit tot een icoon. Helaas slaagde hij er niet in om écht door te breken toen hij nog leefde."
Freddy: “Goede vraag. Hij was niet geschoold - maar had een enorme passie voor de natuur. Zelfs in die mate dat specialisten hem verwezen naar leidende academici binnen dat werkveld. Zijn publicaties waren van een enorm hoog niveau, maar hadden een te beperkt bereik. Ze botsten vaak op onze landsgrenzen. Iemand zoals Paul Van Oye (1886-1969), een in Oostende geboren hoogleraar in de hydrobiologie (UGent), beschouwde Loppens als de beste in zijn vak. Een academicus avant la lettre - dankzij zijn geduld, zorgvuldigheid en empirisch onderzoek.”
Freddy: “Gigantisch veel. Loppens verzamelde een schat aan info over onze regio - waardoor hij wetenschappelijke doorbraken bereikte over De Panne, Koksijde, Nieuwpoort en Veurne. Hij snuffelde in alles. Zijn verdienste is dat hij als 1e een holistische werkwijze hanteerde. De combinatie van geologie, archeologie, geschiedenis, empirisch onderzoek en de natuurelementen. Volgens Loppens hing alles aan elkaar en hij kreeg gelijk. Door de bodem te analyseren kan je historisch vanalles uitsluiten. Hij heeft roots in de regio van Diksmuide - maar wordt beschouwd als een Nieuwpoortenaar. Na WO I vestigde hij zich in Koksijde. Dus dat hij het hier goed kende, is duidelijk."
Freddy: “Volledig. Hij nam zijn tijd, maar daardoor was hij voor op zijn tijd. Loppens was nergens de 1e, maar dubbelcheckte alle wetenschappelijke veronderstellingen door ze aan ander ruimer onderzoek te onderwerpen. Hij wilde alles weten. Een anekdote: tijdens de Eerste Wereldoorlog vluchtte hij naar Engeland, zoals veel welstellende Nieuwpoortenaars. Ter plekke hield hij elke dag de neerslag bij. Bij het KMI hebben ze die Belgische gegevens van tijdens de oorlog bijvoorbeeld niet. Om maar te zeggen. Na de oorlog, begin de jaren 1920, bij de heropbouw van Koksijde-Bad en Nieuwpoort hield hij in de gaten hoeveel zand de arbeiders en ondernemers opschepten en aan de hand van de latere verschillen trachtte hij de natuurlijke bewegingen te begrijpen."
Freddy: “Een speciale man. Na de oorlog settelde hij zich in Koksijde-Dorp, toen waren Franstaligen - hij was tweetalig - geen uitzondering in onze badplaats, maar wel 'in t dorp. Er was geen elektriciteit of stromend water in zijn huis (in de Zeelaan, red.). Vooral: hij deed dingen die normale mannen niet deden. Met geïnteresseerden urenlang in de duinen gaan rondlopen of elke dag natuurfoto's trekken als documentatie. Misschien dat hij zo gedetailleerd was om te compenseren dat hij geen diploma had? Hij was alleszins in veel geïnteresseerd en had veel passies, dat is eigenlijk veel belangrijker.”
Freddy: "De Duinenabdij en 'de nieuwe Yde' (Ter Yde, red.) – op beide plaatsen hadden toen al archeologische opgravingen plaatsvonden. Volgens Loppens gebeurde dat onvoldoende onderbouwd en was het al zeker niet genoeg kenbaar gemaakt voor het grote publiek. Ten derde het strand en de duinen. "
Freddy: "Om te beginnen inhoudelijk. Als pakweg Jean Massart (bioloog en hoogleraar aan de ULB, 1865-1925) met je dweept, heb je iets betekend. Maar minstens even belangrijk: zijn leven was een doorbraak in de algemene kennis van de mensen hier, over de eigen regio. Hij maakte ons bewust van de 'schoonheid' van de Duinenabdij, Ter Yde en de natuur. Van een legacy gesproken."
>> Freddy Beun schreef een boek over Loppens en leende enkele stukken uit zijn archief uit aan het Abdijmuseum.
In deze themaopstelling duik je in het levenswerk van een man die zijn tijd ver vooruit was. Bezoek Karel Loppens, hommage aan een pionier tijdens de openingsuren van het Abdijmuseum. Tot 21 juni 2026.
Boek
Karel Loppens. Gedenkboek voor een pionier van de Westkust (F. Beun) is te koop voor 35 euro (dienst Toerisme).