Garnaalkruiersclub De Spanjaardbank bestaat vijftig jaar. Na een gemeentelijke huldiging in maart kende het Koninklijk Paleis de titel 'koninklijke vereniging' toe. Enkele kruiers opperden in 1973 om in clubverband te gaan kruien: de rest is geschiedenis. Tij-dingen ging mee uitwaaien met voorzitter Johny Popieul (65) en gids Mariette Geryl (77).

Tij-dingen: Jullie vissen met een sleepnet in het ondiepe water?

Johny Popieul: "Inderdaad, we slepen onze netten manueel voort door het ondiepe zeewater. Belangrijk is dat de ketting of loodlijn (met stukjes lood bezwaarde lijn aan de korre, red.) door de bodem woelt. Zo 'wekken' we de garnalen, komen ze uit hun schuilplaats, springen ze op en belanden ze in onze netten. De ketting mag niet te veel wegen, want anders vissen we te veel zand op. "
Mariette Geryl: "Het is vooral mijn echtgenoot Fernand (Corteel, red.) die je vroeger veel in het water vond. Ook nu nog af en toe, ondanks zijn 80-jarige leeftijd. Zelf ga ik mee om de vangst ter plaatse te sorteren en om uitleg te geven aan geïnteresseerde omstaanders. Je herkent onze kruiers aan de gele of oranje waadpakken."
Johny: "Tijdens het kruwen zoeken we telkens de meest geschikte locatie. En dat is altijd een beetje gokken. We splitsen ons op, vissen elk naar een kant, lichten het korijzer op en kijken in de buik van het net of er garnalen zijn."

T-d: Wat onderscheidt De Spanjaardbank van andere (kruiers)clubs?

Mariette: "We zijn de oudste kruiersclub van de gemeente met enkele echte Oostduinkerkenaars als stichtende leden:  Etienne Hollevoet (voorzitter), Georges Van Damme (secretaris), Maurits Vandenbussche (penningmeester) en Jerome Depotter (commissaris). We werken met de andere kruiersclubs samen tijdens de jaarlijkse Garnaalfeesten."
Johny: "We werken dan ook samen met de paardenvissers. En onze gidsen geven langs de laagwaterlijn uitleg over de vangsten. Zo geven we een volledig beeld over de garnaal én onze bijvangsten zoals krabben, kwallen, vissoorten, schelpen en zeewier."

T-d: Tot vijf jaar terug organiseerden jullie een Vlaams kampioenschap garnaalkruien?

Johny: "Dat klopt, in samenwerking met o.a. De Slepers. Het kampioenschap vond 20 keer plaats, van 1999 tot 2018. Veel individuele kruiers van de streek namen deel – maar er waren ook tweedeverblijvers, toeristen en zelfs BV's of enkele buitenlanders bij. Leuke anekdote: in 2018 stonden er zes dames in de top 10."
Mariette: "Er waren 8 vrouwen op 29 deelnemers. De laatste laureaat was Eddy Barbier met ruim één kilogram garnalen. Nummers twee en drie waren Ellen Wyntin en Marleen Hollevoet."

T-d: Is het een hobby die veel tijd en energie vraagt?

Mariette: "Toch wel. Elke hobby kost geld, gelukkig winnen we een beetje terug door de verkoop van onze garnalen."
Johny: "Een sessie duurt al snel 3 uur: kruien zelf neemt 2 uur in beslag, maar dan moet je de verplaatsing, kuisen en zeven aan het strand daar nog bij tellen. En ik heb het dan nog niet over het pellen."
Mariette: "Vooral garnaalpellen wordt onderschat. Wij doen ongeveer 35 tot 40 minuten over een kilo, maar dat leer je door voldoende te oefenen. Veel kandidaat-leden haken af, omdat ze hun garnalen niet kwijt geraken – want ze vinden geen tijd om hun garnalen te pellen."
Mariette: "Ook het fysieke aspect is niet te onderschatten. Zeker als er veel wind staat, moet je toch je mannetje staan Onze leden worden ook een dagje ouder, dus we verwelkomen graag enkele jonge, nieuwe leden. Maar dat is geen evidentie in deze tijden."

Oostduinkerke telt 4 bloeiende verenigingen: de Slepers, de Spanjaardbank, de Gernoarskruwers en de Stienesteekers.

Zelf aan de slag?

Dan moet je niet alleen het juiste materiaal hebben en een actueel getijdenboekje. Je moet ook de regelgeving kennen. Je vindt het overzicht op www.recreatievezeevisserij.be

T-d: Doen jullie nog vaak kruidemonstraties voor toeristen?

Johny: "Zeker weten. Vanaf april trekken we minimaal elke maand het ruime sop in en er is altijd veel publieke belangstelling. Zeker nu de paardenvisserij boomt, plukken wij daar ook de vruchten van. Wij proberen de mensen iets bij te leren over de zee en er een doe-activiteit van te maken. Met een culinair kantje. We tonen graag wat er leeft in de Noordzee, met respect voor de natuur. Zo nemen we enkel de grote garnalen mee voor consumptie."
Mariette: "Die demonstraties doen we om mensen aan te moedigen om het zelf te proberen, zodat de traditie blijft voortbestaan. Soms vangen we trouwens al eens een toengsje en dat vinden de mensen wel leuk. Die grote publieke belangstelling motiveert ons, zelfs Engelsen en Duitsers tonen interesse."

T-d: Heb je leuke anekdotes uit jullie rijkgevulde kruiloopbaan?

Mariette: "Zoals gezegd, is het vooral mijn echtgenoot die je in het water kan vinden. Met zijn compagnon viste hij eens een briefje op van 1.000 Belgische frank. We hebben de buit eerlijk verdeeld. (hilariteit)"
Johny: "In december van 2021 kwam er plots een speciale Ross' meeuw langs terwijl ik aan het vissen was. Niet veel later doken er een twintigtal fotografen op. Duidelijk niet voor mij! (lacht) Ik denk ook nog vaak aan het bruidspaar dat naar zee kwam voor een trouwfoto. Ik vraag me nog steeds af hoe het toen is afgelopen met het kleed van de bruid nadat ze zich liet verrassen door een hoge golf… Het bezoek van toenmalig minister-president Geert Bourgeois was voor De Spanjaardbank eveneens een mooi moment."

T-d: Voor eens en altijd: waar zwemmen de meeste garnalen?

Johny: "Diep in de zee."
Mariette: "Ja. Hoe dieper je kan lopen, hoe beter. Voor de rest hangt het af van toeval, maar ook van de periode van het jaar én of er pakweg een vissersboot is gepasseerd."
Johny: "De klimaatopwarming baart ons wel zorgen. Het aantal garnalen is nog steeds niet alarmerend laag, maar we zien toch duidelijk een dalende tendens. Ook andere factoren zoals de pulsvisserij en de strandophopingswerken tasten volgens mij het biotoop van de garnaal aan, maar ik ben niet zeker."  
Mariette: "Dit jaar is 't geen vetten, de beste maanden zijn – normaal gezien – april en mei, september, oktober en november."

T-d: Sluipen er soms rare vangsten in je net?

Mariette: "De eerste pietermannen. We hadden die vissen nog nooit gezien! Of kleine inktvissen."
Johny: "Eén keer ving ik een gevlekte haai, maar ook kleine roggen, Noordzeekrab, zeepaardjes, inktvissen en zeenaalden."

T-d: Vanaf welke windkracht wordt het te gevaarlijk om te vissen?

Johny: "Vooral noordenwind is gevaarlijk. Vanaf vier beaufort is het al hard werken om je net vooruit te slepen."
Mariette: "En je moet dan ook opletten voor de hogere golven. Als de wind van het zuiden komt, is de zee vaak een spiegel."

We vissen met specifieke netten met mazen van ca. 10 millimeter, met een versmalling tot 9 mm (Johny)

T-d: Brei je zelf je netten of schakel je een hulplijn in?

Mariette: "Ons net is echt versleten, logisch ook na veertig jaar. Maar we hebben nog steeds iemand die onze gaten dicht."
Johny: "Ik doe een beroep op een gepensioneerde visser. We vissen met specifieke netten met mazen van ca. 10 millimeter, met een versmalling tot 9 mm. In sommige winkeltjes verkopen ze netjes met gaatjes tot 11-12 mm, waarschijnlijk is dat om scampi's te vangen." (lacht)

T-d: De Spanjaardbank bestaat 50 jaar. Hoe zien jullie de toekomst?

Johny: "We zijn nog allemaal fysiek in orde, maar we worden er niet jonger op. Momenteel zijn we met 90 leden, de helft gaat af en toe in zee en er is een vaste kern van twintig vissers. Ik ben al sinds 1977 bij De Spanjaardbank."
Mariette: "Ik hoop dat er zich een groep jongere mensen bij ons aansluit om onze traditie voort te zetten."

Die demonstraties doen we om mensen aan te moedigen om het zelf te proberen, zo blijft deze traditie bestaan (Mariette)

Ben je geïnteresseerd om een demonstratie bij te wonen of wil je je aansluiten bij De Spanjaardbank? Mail naar de voorzitter via johny.popieul@gmail.com en wie weet voel je je als een garnaal in het water.